Dorn-therapie
De Dornmethode is een zachte wervel- en gewrichtsbehandeling. De methode kan worden gebruikt bij aandoeningen die direct of indirect samenhangen met de wervelkolom.
De Dornmethode is vrij van ongewenste bijwerkingen en werkt zonder medicijnen.
Het geraamte
In het lichaam is een stabiel, maar beweeglijk geraamte, dat het lichaam zijn vorm, stabiliteit en beweeglijkheid geeft.
Dit geraamte is niet alleen het centrale steunpunt van het lichaam, maar ook het stabiele beschermende omhulsel van het ruggenmerg - de centrale zenuwstreng - die onze hersens met alle organen verbindt.
De wervelkolom bestaat uit 7 halswervels, 12 borstwervels, 5 lendenwervels, het heiligbeen en het stuitbeen. Wervels worden door tussenwervelschijven van elkaar gescheiden. De flexibiliteit van de wervelkolom en de gewrichten worden door een complex spier- en zenuwstelsel ondersteund.
De wervelkolom draagt ons hoofd, de schouders en armen. Via het heiligbeen is de wervelkolom met het bekken verbonden dat vervolgens via de heupgewrichten door de benen wordt gesteund.
Ideaal is als het geraamte symmetrisch, harmonisch en statisch-dynamisch in evenwicht is.
Iedereen kan situaties meemaken, die deze orde verstoren: de gewrichten zijn verschoven, verdraaid of gekanteld. Dit geldt in het bijzonder voor de gewrichtjes tussen de 24 rugwervels en de gewrichten bij het heiligbeen. De gevolgen zijn pijn of bewegingsbeperkingen. Vaak is het lichaam zelf in staat dit te corrigeren. Lukt dit echter niet dan is andere hulp noodzakelijk.
Bekkenscheefstand
De boodschap van de Dornmethode is eigenlijk heel eenvoudig.
De basis is altijd de correctie van het beenlengteverschil.
Bijna iedereen heeft een beenlengteverschil. De botten zijn weliswaar meestal van gelijke lengte. Alleen daar waar het been langer lijkt, is er meer ruimte in het heupgewricht. Bij uitzondering is het beenlengteverschil het gevolg van een operatie of geboorteproblemen.
De benen zijn de steunpilaren van ons bekken. Als deze pilaren ongelijk staat ook het bekken scheef: bekkenscheefstand!
Als dit veelvoorkomende probleem niet verholpen wordt, kan dit voor meer problemen zorgen. Zoals heiligbeenverschuivingen [daarop staat de wervelkolom] en chronische problemen, zoals nekklachten, scoliose, lage rugklachten, heupklachten, kniepijn, voetproblemen, verzakkingen en darm- en blaasproblemen.
Bij een verschil in beenlengte is het advies nog wel eens om een verhoging onder de voet te doen. Gevolg is dan echter dat dit de bekkenscheefstand in stand houdt. En dat kan later tot heup- en lage rugklachten leiden.
Door de Dornmethode komen benen weer op gelijke lengte.
Oorzaken en oplossingen voor het beenlengteverschil
De oorzaken van ongelijke benen kunnen zijn: een val, vertillen, een misstap maar vooral gewoon het zitten.
Als je zit, staat de romp in een 90 graden positie ten opzichte van de benen. Dan ontspant de heupmusculatuur zich.
Het heupgewricht bestaat simpel gezegd uit een kop en een kom, met ertussen kraakbeen en daar omheen spieren en pezen. Slaan we nu het ene been over het andere, dan wordt de kop van dat bovenbeen uit de kom van het heupgewricht 'getrokken'.
Bij het opstaan glijdt het gewricht niet automatisch terug in de goede positie. De spieren zijn door het staan weer aangespannen en stabiliseren de foute houding. Nog sterker gebeurt dat in de auto, omdat die bij het zitten ook nog trilt. Door deze vibraties trillen de kop en de kom millimeter voor millimeter uit elkaar. Zo kan er een beenlengte verschil van wel 3 centimeter ontstaat. Om dit weg te werken zetten we geen verhoging onder het te korte been, maar gaan we het lange been korter maken, en dat werkt.
Als door het opheffen van het beenlengteverschil de basis in orde is, gaan we verder met de wervelkolom.
De wervelkolom
De aansturing van de organen gebeurt vanuit de hersenen en via het ruggenmergkanaal. Vanuit de wervels vertakken de zenuwen naar de organen. Als de wervels niet goed staan komen deze verbindingen onder druk te staan.
Alle wervels worden nu gecontroleerd. Als ze niet in de goede positie staan worden ze voorzichtig weer op hun juiste plek gedrukt.
Staan alle wervels in de meest ideale positie, dan ziet de ruggenwervel er uit als een parelketting. Is er een afwijkende wervel gevonden, dan worden de spieren met Johannesolie gemasseerd, zodat er ontspanning optreedt. Dan oefent de therapeut bij het uitademen van de patiënt gericht druk uit op de werveluitsteeksels en corrigeert zo de afwijking. In het geval van borstwervelcorrecties zwaait de cliënt gelijktijdig met beide armen heen en weer en doet dat voor de lendenwervels met de benen. Hierdoor ontstaan er beweging in de musculatuur en glijdt de wervel weer in de juiste positie.
Hoe daarna verder?
Na de Dorn behandeling krijgt de cliënt het advies 2 á 3 dagen inspanningen te vermijden.
Er kan wat spierpijn optreden op plaatsen waar de wervels gecorrigeerd zijn. Dat betekent dat de nieuwe positie gestabiliseerd wordt.
Veel water en thee drinken helpt om het ontgiften te bevorderen (opgehoopte giften in de weefsels komen nu los).